De paragrafen

Sociaal domein

Vanaf 2015 is het door uw Raad vastgestelde uitgangspunt om de taken sociaal domein vanaf 2015 budgetneutraal uit te voeren. De resultaten op Wmo, Jeugd en participatie worden aan het eind van het jaar toegevoegd danwel onttrokken aan de reserve Sociaal domein.  

De rijksmiddelen die we ontvangen voor het uitvoeren van de Sociaal domein taken vanaf 2015  werden door het rijk separaat weergegeven via een integratie uitkering Wmo, jeugd en Participatie. Echter, vanaf 2019 is een groot deel van de integratie-uitkering Wmo en jeugd overgeheveld naar de algemene uitkering. Vanaf 2023 wordt de integratie-uitkering Wmo en jeugd volledig overgeheveld naar de algemene uitkering en is er sprake van een nieuwe verdeling van de rijksmiddelen. Alleen de rijksbijdrage SW en begeleiding nieuw beschut wordt nog separaat weergegeven via een integratie-uitkering participatie. Hierdoor zijn rijksmiddelen voor de taken vanaf 2015 in het sociaal domein niet meer één op één aanwijsbaar. Er ontstaat steeds meer integratie via de diverse maatstaven van de algemene uitkering. Daarom wordt er de komende periode een voorstel voorbereid om  de systematiek die we hanteren  voor het sociaal domein aan te passen aan deze gewijzigde omstandigheden. De kern van de aanpassing zal zijn dat we de budgetneutraliteit die we nu kennen loslaten. De uitgaven van de budgetten sociaal domein worden hierbij zo realistisch mogelijk in de begroting geraamd en volgen steeds meer de systematiek zoals we deze ook voor de andere begrotingsposten kennen. Hier staat dan algemene dekking via de algemene uitkering tegenover.  

In onderstaande tabel zijn de begrote middelen voor de vanaf 2015 gedecentraliseerde taken in het sociaal domein  weergegeven. De begrote middelen voor Wmo, jeugd en participatie zijn in totaal € 22,12 miljoen in 2023 aflopend naar € 20,42 mln. in 2026. De daling van de middelen wordt veroorzaakt doordat de rijksbijdrage jeugd afneemt vanwege de te behalen besparingsmaatregelen uit de hervormingsagenda jeugd en doordat de rijksmiddelen SW afnemen door de natuurlijke uitstroom van deze doelgroep.

Begrote middelen taken vanaf 2015 Sociaal domein

Bedragen in €

Omschrijving

2023

2024

2025

2026

Wmo

5.917.000

5.910.000

5.910.000

5.907.000

Reguliere jeugd

8.864.000

8.665.000

8.666.000

8.666.000

Extra jeugdmiddelen rijk*

2.615.000

2.455.000

2.262.000

1.559.000

Participatie (SW/re-integratie)

4.721.000

4.591.000

4.432.000

4.293.000

Totaal

22.117.000

21.621.000

21.270.000

20.425.000

* Het kabinet moet nog besluiten over structurele rijkscompensatie jeugd vanaf 2024. Er is vanaf 2024 uitgegaan van een rijkscompensatie van 100% van de berekende landelijke jeugdtekorten door de Commissie van Wijzen. Zie verder kopje 'jeugd'.

In onderstaande tabel zijn de begrote uitgaven van de 3 gedecentraliseerde taken in het sociaal domein weergegeven. De uitgaven zijn € 22,09 mln. in 2023 aflopend naar circa € 21,67 mln. in 2026. In het vervolg van deze paragraaf wordt een toelichting per pijler gegeven.

Begrote uitgaven taken vanaf 2015 Sociaal domein

Bedragen in €

Omschrijving

2023

2024

2025

2026

Wmo

5.438.000

5.438.000

5.438.000

5.438.000

Jeugd

11.691.000

11.485.000

11.485.000

11.485.000

Participatie

4.963.000

4.996.000

4.900.000

4.748.000

Totaal

22.092.000

21.919.000

21.823.000

21.671.000

Deze pagina is gebouwd op 12/08/2022 13:22:50 met de export van 12/08/2022 13:05:40